Wat kan je zelf doen tegen hooikoorts: 28 tips die helpen

Ongeveer 10 à 20 procent of zowat 3 miljoen Belgen zou een allergie voor pollen of hooikoorts hebben. Hooikoorts is een allergische aandoening waarbij het afweersysteem van ons lichaam overgevoelig reageert op stuifmeel (ook wel pollen genoemd) van grassen, bomen, struiken en/of (on)kruiden.

De meest voorkomende klachten zijn neusloop, niesbuien en een verstopte neus. Andere klachten zijn jeukende en tranende ogen, kriebel in de keel en benauwdheid. Een allergie kan ook bijkomende verschijnselen veroorzaken zoals hoofdpijn, bijholte ontstekingen en keelontsteking.

De klachten treden op in de bloeitijd van grassen, planten en bomen. Bomen bloeien eerder dan grassen. Daarom krijgen mensen met een allergie voor boomstuifmeel al vroeg in het jaar (februari-maart) klachten, terwijl mensen met een allergie voor grasstuifmeel in het begin van de zomer (mei-juni) last krijgen en mensen met een allergie voor onkruidpollen op het einde van de zomer (augustus-september).

De meest voorkomende hooikoortsplanten

Op de website van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid vind je een overzicht van alle hooikoortsplanten. Hooikoorts voorkomen is bijna onmogelijk, maar je kan wel een aantal maatregelen nemen om de gevolgen tot een minimum te beperken.

Pollen vermijden
Indien je allergisch bent, probeer dan de pollen zoveel mogelijk te vermijden.

1. Het is belangrijk te weten voor welke pollen je gevoelig bent. Zo kan je tijdig de nodige voorzorgen nemen.
2. Hou rekening met de hooikoortsberichten op radio of internet (bv. www.airallergy.be, www.pollennieuws.be). De ernst van je klachten hangt af van de stuifmeelconcentratie in de lucht. Hoe hoger de stuifmeelconcentratie, hoe meer klachten je hebt.
3.  Het weer is hierbij van invloed. Hoe warmer het is, hoe hoger de stuifmeelconcentratie. Op winderige dagen verspreidt het stuifmeel zich gemakkelijk. Bij regen wordt het stuifmeel uit de lucht gespoeld. ’s Avonds is de hoeveelheid stuifmeel in de lucht het grootst. Blijf zoveel mogelijk binnen bij hoge pollenconcentraties en ongunstige weersomstandigheden.
4. Vermijd alleszins inspanningen en activiteiten in open lucht, zoals wandelen, fietsen, sporten, bij hoge concentraties pollen waarvoor je gevoelig bent. Indoor sporten zijn wel geschikt. Als je toch buiten wilt sporten, doe dit dan bij voorkeur ‘s morgens vroeg of direct na een regenbui als er minder pollen in de lucht zitten.
5. Op het platteland zijn doorgaans meer pollen dan in de stad. In de stad is er rond drukke autowegen dan weer meer stuifmeel dan in de buurt van stillere wegen. Door de luchtvervuiling kunnen de klachten ook heviger zijn. Op het platteland is de stuifmeelconcentratie in de ochtend het grootst, in de stad meestal tegen de avond.
6. Vermijd bossen, parken en weilanden, en ga liever niet kamperen of picknicken in de vrije natuur.
7.  Maai het gras niet zelf en blijf weg van plekken waar het gras wordt gemaaid.
8. Aan zee en in het hooggebergte (boven 1500 m) zitten veel minder pollen in de lucht, vooral dan bomenpollen. Probeer daarmee rekening te houden bij je vakantieplanning. Een verblijf aan de kust gedurende de bloeiperiode van de berk (april- mei) is aan te raden voor personen die allergisch zijn voor berkenstuifmeel. Voor grassenstuifmeel ligt de situatie anders. De invloed van de windrichting is hier belangrijk. Zeewind bevat bijna geen grassenstuifmeel in tegenstelling tot landwind, die evenveel stuifmeel kan aanvoeren als in het binnenland.
9. Hou ramen en deuren (vooral van de slaapkamer) gesloten, zeker op het einde van de namiddag als de pollenconcentraties het hoogst zijn. Lucht je huis bij voorkeur ‘s ochtends of ‘s nachts want dan is er minder stuifmeel in de lucht, of na een regenbui.
10. Neem meubels en oppervlakken in huis regelmatig met een vochtige doek af. Stofzuig regelmatig, liefst met een stofzuiger die een goede filter heeft. Pollen vallen snel op de grond (indien er geen tocht is).
11.  Haal geen kamerplanten of boeketten met bloeiende planten of kattendragende takken in huis waarop je mogelijk allergisch zal reageren.
12. Droog natte was bij voorkeur binnen zodat het stuifmeel niet op de kledij kan waaien. Wil je toch buiten drogen, doe dit dan vlak na een regenbui.
13.  Wissel je buitenkledij of sportkledij niet in de slaapkamer.
14.  Was of spoel je haar voor het slapengaan om stuifmeelkorrels te verwijderen.
15. Houd het raam van de auto gesloten. Installeer eventueel een pollenfilter op de luchtcirculatie. Bij vele auto’s met airco is dit tegenwoordig standaard voorzien.
16.  Draag buitenshuis een goed afsluitende (zonne)bril.
17. Heb je huisdieren, was ze dan regelmatig om het stuifmeel uit hun vacht te verwijderen.
18.  Breng vaseline aan op de binnenkant van je neus en rond de ogen. Dit voorkomt dat het stuifmeel het slijmvlies bereikt. Vermijd bijkomende irritatie
19. Vermijd tabaksrook en rokerige ruimtes, deze zorgen voor extra prikkeling en snellere reactie op pollen. Vermijd eveneens zelf roken.
20. Vermijd ook inademing van niet-allergische prikkels, zoals de lucht van lijm, verf, reinigingsmiddel, toiletreiniger, parfum, baklucht, enzovoorts. Dit kan de allergische reactie versterken.
21. Wrijf niet in je ogen maar verminder de irritatie door te spoelen met lauw water of leg een vochtig washandje op de ogen.
22.  Draag bij oogklachten liever geen contactlenzen.
23. Een warme douche kan helpen tegen de klachten. De warme vochtige lucht zuivert de lucht van pollen in de badkamer. Gebruik tijdens het douchen geen shampoo/douchegel/zeep die sterk ruikt, omdat sterke geuren de allergische reactie kunnen versterken.
24.  Bij beginnende klachten kan het helpen om de neus of de keel te spoelen met een oplossing zoutwater. Kruisallergie: opgelet met groenten en fruit Eén op twee mensen met een boompollenallergie ontwikkelt een allergie voor groenten en/of fruit. Ook bij mensen met een allergie voor grassen of onkruiden kan een kruisallergie voor bepaalde groente of fruit ontwikkelen. Dat komt doordat de stoffen die hooikoorts veroorzaken (allergenen) ook in voedingsmiddelen voorkomen. Let dus op wat je eet wanneer je een dergelijke allergie hebt.
25. Bepaalde eiwitten in het stuifmeel van berken en hazelaars komen ook voor in bepaalde fruitsoorten, zoals appel, peer, steenvruchten (pruim, perzik, kersen), meloen, kiwi en noten (hazelnoot, amandel, walnoot…) en in sommige groenten zoals peterselie, paprika, wortel en tomaat.
26.  Bepaalde eiwitten in gras komen ook voor in bijvoorbeeld pinda, wortel, komkommer, banaan, ananas, selder, peterselie en aardappel.
27.  Personen die allergisch zijn voor het stuifmeel van de bijvoet lopen een hoog risico op een voedselallergie voor selder, wortel en venkel.
28. De allergenen in fruit en groentesoorten kunnen door verhitting kapot gaan. Dit betekent dat iemand met allergie voor een appel meestal wel appelmoes of appelsap verdraagt

Bron: www.gezondheid.be