Welke fenotypes zijn er?
Het bepalen van het juiste fenotype is belangrijk voor een passende en effectieve behandeling van astma. Op dit moment worden de volgende fenotypes astma onderscheiden:
Allergisch astma
Bij allergisch astma kunnen allergieën astmaklachten uitlokken. Denk hierbij aan een allergische reactie op de volgende prikkels: huisstofmijt, stof, huidschilfers van huisdieren, schimmelsporen, gras- boom- en plantensoorten. Ook bepaalde voedselbestanddelen of bestanddelen van medicijnen kunnen bij allergisch astma klachten of een astma-aanval uitlokken.
Eosinofiel astma
Eosinofielen zijn witte bloedcellen die onderdeel uitmaken van het immuunsysteem van het lichaam. Bij Eosinofiele astma zijn de eosinofielen structureel ernstig verhoogd. Eosinofielen zijn onderdeel van het immuunsysteem en bedoeld om te helpen infecties te bestrijden. Bij sommige mensen met astma kunnen ze ontsteking in de longen veroorzaken, welke door niet-allergische prikkels van buitenaf verergerd kan worden.
Niet-allergisch, niet-eosinofiel astma
In dit type astma zien we geen allergie of verhoogde eosinofielen.
Neutrofiel astma
Neutrofiel astma is een vorm van ernstig astma waarbij een ontsteking in de luchtwegen wordt veroorzaakt door neutrofielen, een type witte bloedcellen. Dit is een ander type ontsteking in het immuunsysteem. Deze vorm ontstaat vaak op volwassen leeftijd. Ook verloopt deze vorm vaak ernstiger met chronische obstructie van de luchtwegen. De precieze oorzaak van neutrofiel astma is nog niet volledig bekend. Het wordt vaak in verband gebracht met infecties, irritatie van de luchtwegen (bijvoorbeeld door roken) en mogelijk ook genetische factoren.
Astma door overgewicht
Doordat de buik tegen het middenrif aan drukt, gaat ademen vaak moeizamer wat kortademigheidsklachten geeft. Daarnaast komen uit vetweefsel ontstekingseiwitten vrij, waardoor de gevoeligheid van de luchtwegen toeneemt.
Werkgerelateerd- of beroepsastma
Op het werk kun je blootgesteld worden aan allerlei stoffen, waardoor astma kan ontstaan. Het ontstaat dus op volwassen leeftijd en komt vaker voor bij bepaalde beroepen. Meer hierover lees je hier.
Astma is bij iedereen anders. Het fenotype beschrijft hoe astma zich bij jou laat zien, bijvoorbeeld welke klachten je hebt, wanneer ze optreden en hoe ernstig ze zijn. Het is belangrijk om je fenotype te kennen, zodat je behandeling beter kan worden afgestemd.
Welk astma-fenotype heb jij?
Astma is bij iedereen anders. Het fenotype beschrijft hoe astma zich bij jou laat zien, bijvoorbeeld welke klachten je hebt, wanneer ze optreden en hoe ernstig ze zijn. Het is belangrijk om je fenotype te kennen, zodat je behandeling beter kan worden afgestemd.
Hoe wordt het fenotype astma bepaald?
Je longarts kan het fenotype van jouw astma vaststellen met een combinatie van onderzoeken:
- Symptomen en medische voorgeschiedenis
- De arts vraagt naar je klachten, zoals hoesten, benauwdheid en piepen.
- Ook wordt gekeken wanneer de klachten optreden: bij inspanning, allergieën of blootstelling aan irriterende stoffen.
- Longfunctieonderzoek
- Met een spirometrie-test wordt gemeten hoe goed je longen werken.
- Dit helpt bij het vaststellen van luchtwegobstructie.
- Metingen van luchtweginflammatie
- Eosinofielen in bloed of slijm (sputum): een hoog aantal kan wijzen op eosinofiel astma.
- FeNO-test: meet stikstofmonoxide in uitgeademde lucht, een aanwijzing voor ontsteking in de luchtwegen.
- Allergietests
- Tests laten zien of allergieën, zoals pollen, huisstofmijt of dieren, jouw astma uitlokken