Kinderen met astma op de basisschool

Ben je leerkracht op een basisschool en heb je een kind met astma in de klas, dan kan dat vragen oproepen. Op deze pagina lees je meer over astma bij kinderen en tips over hoe om te gaan met een leerling met astma in de klas.

In Nederland hebben ruim 80.000 kinderen astma. Dit komt er op neer dat er in iedere basisschoolklas één of meer kinderen astma zitten. Astma is een chronische ziekte van de luchtwegen. Als je ademhaalt gaat de lucht via je luchtpijp naar je longen. Je luchtpijp en longen bestaan uit vertakkingen die steeds kleiner en dunner worden. We noemen dit de bronchiën. Aan de uiteinden hiervan bevinden zich kleine blaasjes. Via die blaasjes wordt de zuurstof die je inademt opgenomen in je bloed en zo naar je organen gebracht. Aan de binnenkant van de bronchiën zit slijmvlies. Bij iemand met astma is dit slijmvlies vaak chronisch ontstoken en zijn de bronchiën veel gevoeliger dan bij iemand die geen astma heeft. Dit houdt in dat het slijmvlies en de spierlaag om de bronchiën heen snel kunnen reageren op prikkels van buitenaf. De luchtweg vernauwt zich dan doordat de spierlaag zich abnormaal samen kan trekken, het slijmvlies kan gaan zwellen en/of er extra slijm aangemaakt kan worden. Op de afbeelding hiernaast zie je een normale luchtweg en de versmalling van de luchtwegen door extra slijm en spiersamentrekkingen.

Wil je meer weten over astma bij jonge kinderen? Kijk dan hier. Meer informatie over astma in het algemeen vind je hier.

Een leerling met astma in de klas kan soms wat extra zorg nodig hebben. Dit kan zijn omdat er medicijnen gegeven moeten worden of omdat prikkels ook op school zoveel mogelijk vermeden moeten worden om astmaklachten te voorkomen. Daarnaast kan het contact de ouder(s) van de leerling wat intensiever zijn en kan het nodig zijn aan de andere kinderen in de klas uit te leggen wat astma is en wat dat voor gevolgen voor de betreffende leerling kan hebben. Een leerling met astma in de klas kan ook veel vragen bij je oproepen als leerkracht. Want hoe zie je of een kind het benauwd heeft? Wanneer geef je medicijnen? En hoe werken die medicijnen? Om jou als basisschoolleerkracht hier extra houvast in te bieden, vind je op deze pagina veel informatie over waar rekening mee te houden als je een leerling met astma in de klas hebt. Daarnaast vind je op deze pagina een heleboel tips, die je op weg kunnen helpen. Bij vragen en/of opmerkingen mag je altijd contact met ons opnemen.

Hoe herken je een toename van astmaklachten bij een kind?

Kinderen die naar de bassischool gaan, kunnen vaak zelf al goed aangeven of ze benauwd zijn of dat andere klachten passend bij hun astma, toenemen. Het is echter ook fijn als je als leerkracht een toename van klachten kunt signaleren. Je kunt letten op de volgende klachten:

  • Benauwdheid, dit kun je herkennen aan:
    • Veel sneller ademen dan normaal, ook bij rustig zitten of liggen.
    • Slechts een paar woorden kunnen zeggen tussen twee ademteugen.
    • Het intrekken van de spieren van de borstkas bij het ademen.
    • (Soms) het meebewegen van de neusvleugels bij het ademhalen.
  • Snel kortademig zijn, bijvoorbeeld bij flinke inspanning (zoals druk spelen, springen of rennen).
  • Veel hoesten, slijm op hoesten.
  • Een piepend, brommend, zagend of pruttelend geluid bij het ademhalen
  • Snel uitgeput zijn, vermoeidheid

Het verschilt per kind welke klachten bij hem/haar het meest aanwezig zijn. Bespreek dit met de leerling en zijn/haar ouder(s).

Prikkels bij astma

Het luchtwegslijmvlies bij een kind met astma is extra snel geïrriteerd. Die irritatie wordt uitgelokt door prikkels. Prikkels kunnen allergisch en niet-allergisch van aard zijn.

Niet-allergische prikkels

Niet-allergische prikkels kunnen bijvoorbeeld zijn:

  • Verkoudheid/virussen
  • Het weer
    • Mist, vocht, regen en kou
    • Veranderingen in het weer
    • Sterke temperatuurwisselingen
  • Stoffige omgevingen
  • Rook, zoals tabaksrook en bak- en braadlucht
  • Schimmels
  • Sterke geuren, denk hierbij aan parfum, deodorant, schoonmaakmiddelen, wasverzachter, haarlak en andere verzorgingsproducten
  • Stress/emoties
  • Flinke fysieke inspanning

Allergische prikkels

  • Huisstofmijt
  • Huisdieren, zoals honden, katten en knaagdieren
  • Pollen van bomen en grassen
  • Voedselallergieën (veelvoorkomend: koemelk, ei en pinda’s/noten)

Waar je misschien niet aan denkt bij allergieën:

  • Kinderen kunnen ook allergisch zijn voor (echte) kerstbomen. Kies je daarom voor een neppe variant, bedenk je dan dat deze veel stof kunnen bevatten. Tip: bespreek met de ouder(s) van de leerling of het mogelijk is dat zij een kunstkerstboom kopen. Zo ja? Laat deze ieder jaar met de leerling meegaan naar de volgende klas.
  • Bloemen en bijvoorbeeld paastakken kunnen ook voor allergische reacties zorgen.
  • Pollen van bomen en grassen komen binnen door open ramen en deuren. Is een kind daar erg allergisch voor, dan kan dit de astmaklachten verergeren.
  • De allergenen die huisdieren verspreiden, kunnen ook aan kleding zitten en op die manier voor het verergeren van astmaklachten zorgen.
  • Heb je een leerling met een voedselallergie in je klas? Vraag dan aan de leerling en zijn/haar ouder(s) of hij/zij er ook last van heeft als andere kinderen het in zijn/haar nabijheid eten. Soms kunnen alleen al sporen van een bepaald allergeen, astmaklachten verergeren.
  • Wordt er bij jou op school regelmatig getrakteerd? Zorg er dan voor dat er ook als een leerling een voedselallergie heeft, altijd iets lekker is voor hem/haar. Dit doe je bijvoorbeeld door de ouder(s) te vragen om een trommeltje met lekkers achter te laten voor de leerling waar je altijd iets uit kunt halen als dat nodig is.

Hoe vermijd je prikkels die astmaklachten bij kinderen verergeren?

Om astmaklachten zoveel mogelijk te voorkomen is het belangrijk om de prikkels die de astmaklachten bij een kind verergeren, zoveel mogelijk te vermijden. Zowel thuis, als op school. Dit kan best een uitdaging zijn, zeker op school. Het belangrijkste is om te weten of de leerling met astma in jouw klas allergieën heeft en welke niet-allergische prikkels zijn/haar astmaklachten verergeren. Bespreek dit met de leerling en zijn/haar ouder(s) en vraag ze ook om het door te geven als daar iets in verandert. Verder geven we je graag een aantal tips, die je kunnen helpen bij het vermijden van prikkels (natuurlijk is het ook belangrijk te kijken naar wat haalbaar is in jouw klas):

  • Vermijdt de dingen waar de leerling allergisch voor is. Het kan nodig zijn ook sporen ervan te vermijden.
  • Zorg voor een goed binnenklimaat, let daarbij ook op de luchtvochtigheid.
  • Gebruik geen parfum, sterke deodorant en haarproducten met een sterke geur. Dit soort sterke geuren kunne astmaklachten verergeren. Deodorantrollers zijn vaak minder sterk van geur.
  • Zorg dat er geen rooklucht binnen kan komen in de klas. Rook je? Ben je er dan van bewust dat deze lucht ook in je kleding kan gaan zitten. En misschien is het ook mogelijk te voorkomen dat er direct bij de ingang van school gerookt wordt?
  • Ga je iets bakken met de klas? Bak- en braadluchten kunnen astmaklachten verergeren. Vraag dan aan de leerling en/of de ouder(s) of dit voor hem/haar ook geldt. Is dat zo? Bak of kook waar kan dan in een andere ruimte en zorg voor een goede afzuiging.
  • Ga je in de winter naar buiten met de kinderen? Bedenk dan dat kou astmaklachten kan verergeren. Bespreek met de leerling en zijn/haar ouder(s) hoe hiermee om te gaan. Ook de wisseling van binnen naar buiten kan astmaklachten verergeren als de temperatuur binnen sterk verschilt van buiten.
  • Ouders van kinderen met astma krijgen vaak de tip om hun huis te saneren om zoveel mogelijk prikkels weg te halen. De tips die ze daarbij krijgen, kunnen ook handig zijn voor jouw klaslokaal of schoolgebouw. Meer informatie daarover vind je hier.
  • Gaan jullie op schoolreisje of maken jullie een uitstapje? Denk ook dan even na over eventuele allergische of niet-allergische prikkels die je dan tegen kunt komen.
  • Bedenk dat stof een grote prikkel kan zijn voor kinderen met astma. Een goede en regelmatige schoonmaak van de school is daarbij belangrijk. Maar stof kan ook in andere zaken zitten, zoals in verkleedkleren, speelgoed in de poppenhoek of  bijvoorbeeld jute zakken of in de kleding van Sinterklaas en Pieten bij een bezoekje aan school.

Astmamedicijnen op de basisschool

Als er behandeling van astma nodig is, gebeurt dat bijna altijd met inhalatiemedicijnen, vaak puffers genoemd. Enerzijds zijn dat onderhoudsmedicijnen (luchtwegbeschermers), die dagelijks aan het kind gegeven dienen te worden. Vaak is dit ’s ochtends en ’s avonds en zul je daar op school niet mee te maken krijgen. Anderzijds zijn dit de ‘noodmedicijnen’ (luchtwegverwijders). Deze dienen gegeven te worden bij toename van klachten, zoals benauwdheid, hoesten of een piepende ademhaling. De vraag wanneer deze medicijnen gegeven moeten worden, kan lastig zijn. Er kan een vast schema voor zijn (zeker in periodes dat de astmaklachten sterker aanwezig zijn), maar het kan ook zijn dat het nodig is zelf samen met de leerling een inschatting te maken wanneer de klachten dusdanig zijn toegenomen dat het geven van de noodmedicijnen aan de orde is. Deze inschatting kan moeilijk zijn (dat geldt ook voor de ouder(s)). Bespreek daarom goed met de leerling en ouder(s) welke klachten typerend zijn voor de leerling en waar zij aan herkennen of het geven van noodmedicijnen nodig is of niet. Bij twijfel, bel de ouder(s) en laat de keuze aan hen.

Als er astmamedicijnen ingenomen moeten worden op school, zal het dus vooral gaan om de noodmedicijnen. Deze worden geïnhaleerd met een puffer (inhalator), eventueel met voorzetkamer (bij kinderen tot +/- zes jaar is dit zeker het geval). Indien nodig zit er op de voorzetkamer een neus-mondkapje.  Zorg voor een rustige plek en laat de leerling goed rechtop zitten of eventueel staan. Het kind dient het mondstuk van de voorzetkamer in zijn geheel met zijn/haar mond te omsluiten en de tanden erop te klemmen. Wordt er een kapje gebruikt, dan dient dit goed over de mond en neus geplaatst te worden. Bij het puffen moet de kin moet altijd een beetje omhoog gericht zijn. Na het puffen is het van belang het kind de mond te laten spoelen (bij gebruik van een kapje is het ook belangrijk het gezicht van het kind schoon te maken). Meer informatie over het toedienen van astmamedicijnen aan kinderen lees je hier. Het belangrijkste is natuurlijk dat je weet hoe je de medicijnen toedient en wanneer je dit moet doen. Hoe een puffer met voorzetkamer werkt, verschilt per type. De ouder(s) kunnen je dit het beste uitleggen en laten zien. Bespreek ook met de ouder(s) hoe de voorzetkamer en eventueel het masker schoongemaakt moeten worden. Bij twijfel kun je kijken op www.inhalatorgebruik.nl.

Tips voor het contact met de leerling met astma en zijn/haar ouder(s)

Allereerst is het natuurlijk van groot belang om goed en duidelijk te communiceren met de leerling zelf en met zijn/haar ouder(s). Dus ga vooral het gesprek aan. Een aantal tips daarbij zijn:

  • Vraag aan de leerling en de ouder(s) hoe zijn/haar astmaklachten eruitzien en welke prikkels de astmaklachten verergeren. Astma is per kind verschillend, dus zorg er als leerkracht voor dat je goed weet wat er juist bij deze leerling Vraag bijvoorbeeld:
    • welke momenten lastig kunnen zijn voor de leerling of wat juist goed gaat.
    • Waar rekening mee gehouden kan worden.
  • Maak concrete afspraken met de leerling en zijn/haar ouder(s):
    • Over wanneer medicijnen genomen moet worden. Vraag daarbij of de leerling/de ouder(s) iedere dag als de leerling binnenkomt aan wil geven of en wanneer medicijnen genomen dienen te worden.
    • Over de mate van zelfstandigheid van de leerling.
      • Is de leerling in staat zelf aan te geven wanneer de astmaklachten toenemen en wanneer noodmedicijnen nodig zijn? Of is jouw hulp daarbij gewenst?
      • Kan de de leerling zelfstandig de medicijnen innemen of is jouw hulp daarbij nodig?
    • Over wanneer de ouder(s) gebeld wordt (bijvoorbeeld bij welke klachten of wanneer medicijnen niet binnen een bepaalde tijd werken). Dit geeft de leerling en ouder(s) een veilig gevoel en voorkomt onenigheid achteraf.
    • Over de plek van de medicijnen. Spreek met de leerling en de ouder(s) een vaste plek af waar ze de medicijnen neerleggen en zorg dat iedereen weet waar ze liggen. Geef aan dat het de verantwoordelijkheid van de leerling en/of ouder(s) is dat de medicijnen daar iedere keer bij binnenkomst neergelegd worden. Laten ze de medicijnen daar altijd liggen? Spreek dan met ze af dat ze regelmatig moeten controleren of er nog voldoende medicijnen in de puffer zitten.
  • Maak een stappenplan samen met de leerling en ouder(s) waarin de gemaakte afspraken staan. Lamineer dit en zorg ervoor dat dit op een duidelijke plek te vinden is. Zowel voor de leerling, de leerkracht als voor eventuele invallers.

Meer tips voor als je een kind met astma in de klas hebt

  • Laat de leerling uitleggen en voordoen hoe de medicijnen ingenomen dienen te worden en laat de ouder(s) dit indien nodig aanvullen. Vraag ook naar eventuele schoonmaakinstructies. Zorg dat ook eventuele invalleerkrachten weten hoe de medicijnen ingenomen moet worden en of en welke hulp daarbij nodig is.
  • Krijgt de leerling medicijnen op vaste momenten? Zet dan een wekker op je telefoon hiervoor als herinnering.
  • Vertel de leerling dat hij/zij altijd naar jou of één van de andere medewerkers van de school toe mag komen als hij/zij benauwd is of andere klachten krijgt.
  • Investeer extra in de relatie met ouder(s) van de leerling met astma, zodat de ouders hun kind met een goed gevoel bij de leerkracht achter kunnen en durven te laten.
  • Geef bij de ouders aan dat het goed kan zijn om met de andere ouders van de kinderen in de klas te delen dat jouw kind astma (en/of allergieën) heeft. Het kan handig zijn als de andere ouders hiervan op de hoogte zijn, bijvoorbeeld met een uitstapje, bij het maken van een traktatie of voor speelafspraakjes. Een bericht in de klassenapp of het toelichten op een ouderavond kan hier een geschikte manier voor zijn. Als leerkracht mag je deze informatie i.v.m. de privacywet niet zomaar delen met andere ouders.
  • Communiceer indien nodig met de vakleerkracht gymnastiek en maak bespreekbaar dat de leerling astma heeft zodat er begrip is vanuit de vakleerkracht als de leerling tijdens de gymles benauwd wordt. Voer dit gesprek samen met de leerling.
  • Zorg voor duidelijke informatie in de klassenmap, zodat een eventuele invalkracht ook op de hoogte is.

Vertellen over astma in de klas

Maak astma bespreekbaar met de andere kinderen in je klas (bijvoorbeeld in de kring). Zeker als het opvalt dat een leerling met astma wel eens benauwd is, vaker hoest, moet puffen of vaker ziek is. Bespreek van te voren met de leerling en zijn/haar ouders of hij/zij hier zelf over wil vertellen. Vraag hem/haar dan ook wat hij/zij erover wil delen en hoe hij/zij dit zou willen doen. Maak er een gezamenlijk gesprek van, zodat niet alle aandacht naar de leerling met astma gaat. Heb je meerdere kinderen in de klas met astma, een allergie of een andere chronische aandoening? Dan kun je het ook algemener bespreekbaar maken en je niet specifiek op (de aandoening van) één kind richten. Heb je als leerkracht zelf een chronische ziekte? Het kan helpen voor je leerlingen als jij hier heel open over bent, bijvoorbeeld door medicatie in hun bijzijn te nemen. Hierdoor maak je het hebben van een chronische ziekte en/of het nodig hebben van medicijnen normaal voor de leerlingen.

Heb je een beeldscherm of digibord op je groep? Dan kun je voor het praten over astma in je klas onze webpagina voor kinderen van 0-6 jaar gebruiken (er volgt later ook een pagina voor kinderen van 6-12 jaar). Je vind op deze pagina ook kleurplaten om uit te printen. Verder vind je hier het boekje Anna heeft astma. Hierin wordt aan kinderen uitgelegd wat (ernstig) astma is.

Kinderen die naar de bassischool gaan, kunnen vaak zelf al goed aangeven of ze benauwd zijn of dat andere klachten passend bij hun astma, toenemen. Het is echter ook fijn als je als leerkracht een toename van klachten kunt signaleren. Je kunt letten op de volgende klachten:

Om astmaklachten zoveel mogelijk te voorkomen is het belangrijk om de prikkels die de astmaklachten bij een kind verergeren, zoveel mogelijk te vermijden. Zowel thuis, als op school. Dit kan best een uitdaging zijn, zeker op school. Het belangrijkste is om te weten of de leerling met astma in jouw klas allergieën heeft en welke niet-allergische prikkels zijn/haar astmaklachten verergeren. Bespreek dit met de leerling en zijn/haar ouder(s) en vraag ze ook om het door te geven als daar iets in verandert. Verder geven we je graag een aantal tips, die je kunnen helpen bij het vermijden van prikkels (natuurlijk is het ook belangrijk te kijken naar wat haalbaar is in jouw klas):

Een leerling met astma in de klas kan soms wat extra zorg nodig hebben. Dit kan zijn omdat er medicijnen gegeven moeten worden of omdat prikkels ook op school zoveel mogelijk vermeden moeten worden om astmaklachten te voorkomen. Daarnaast kan het contact de ouder(s) van de leerling wat intensiever zijn en kan het nodig zijn aan de andere kinderen in de klas uit te leggen wat astma is en wat dat voor gevolgen voor de betreffende leerling kan hebben.

Allereerst is het natuurlijk van groot belang om goed en duidelijk te communiceren met de leerling zelf en met zijn/haar ouder(s). Dus ga vooral het gesprek aan. Een aantal tips daarbij zijn:

Maak astma bespreekbaar met de andere kinderen in je klas (bijvoorbeeld in de kring). Zeker als het opvalt dat een leerling met astma wel eens benauwd is, vaker hoest, moet puffen of vaker ziek is. Bespreek van te voren met de leerling en zijn/haar ouders of hij/zij hier zelf over wil vertellen. Vraag hem/haar dan ook wat hij/zij erover wil delen en hoe hij/zij dit zou willen doen.

Ontvang de nieuwsbrief

Maandelijks de gratis nieuwsbrief in je email ontvangen! Een nieuwsbrief vol wetenswaardigheden voor mensen met (ernstig) astma.